Edegem in de Tweede Wereldoorlog
- Pierre Hens

- 8 mrt
- 4 minuten om te lezen

Inleiding
Het verhaal van de vondeling Monique Ex kende een goede afloop. Het kon ook anders. Op zich vormt het een goede aanloop om een beeld te schetsen van wat Edegem overkwam in de oorlog 1939-1945. Hierbij bespreken we niet de gewelddadige veldslagen met beroemde bevelhebbers. We focussen ons op de inwoners van Edegem die, meestal tegen hun wil, werden meegesleept in het kielzog van een bloederige oorlog. Een conflict dat door geen enkele Edegemnaar was gewenst.
Drie grote oorlogsrampen in Edegem
Het verhaal doet de ronde dat ons dorp die oorlog goed doorstond. Als we bijvoorbeeld de vergelijking met Mortsel maken dan is dat inderdaad ook zo. Maar toch kende Edegem heel wat miserie. Dat gaan we aantonen door de verschillende gebeurtenissen heel kort te beschrijven en een opsomming te geven van de doden, de gekwetsten en de verwoeste woningen. Het ligt niet in onze bedoeling om er de volledige geschiedenis van te schrijven. Dat laten we over aan de historicus. In plaats daarvan bieden we een overzicht van de betrokkenen en van de locaties bij de gebeurtenissen. De betrokkenen zijn burgers. Als het militairen zijn dan vermelden we dat.
In 1945 telde het boerendorp Edegem ruim 7000 inwoners die in 1864 woningen waren gehuisvest. 27 huizen werden totaal verwoest. 165 werden zwaar beschadigd en nog eens 675 liepen schade op. De oorlog begon eigenlijk al in 1939 met de mobilisatie. De jongste militieklassen moesten terug onder de wapens. Het Belgische leger vorderde niet alleen allerlei soorten van vervoer op. Het eiste ook woningen of delen van woningen op om er hun manschappen en materiaal in onder te brengen. Na de veldtocht van 10 tot 28 mei 1940 kwamen er Duitse militairen logeren. Na de bevrijding waren het Britse, Canadese en Belgische soldaten die logies nodig hadden. Iedereen, zowel vriend als vijand, liet sporen van vernieling na in de geconfisqueerde woningen. Bij de aanvang van de oorlog eiste de regering alle mannen op tussen 16 (17?) en 35 jaar. Het zijn de zogenaamde mannen van de C.R.A.B. (Centre de Recrutement de lāArmĆ©e Belge) het rekruteringscentrum van het leger. Ze werden zelden daadwerkelijk opgenomen in de getalsterkte van het leger, maar ze ondergingen een avontuurlijke toch doorheen BelgiĆ« en Frankrijk. Sommigen keerden nooit terug. De bezetter eiste werkvolk op om in Duitsland te gaan werken. We hebben het hier over de zogenaamde āVerplichte Tewerkstellingā. Onder hen heel wat Edegemnaars en sommigen lieten er het leven.
Voor wat betreft de oorlogsverrichtingen. De eerste dagen van de oorlog vielen er enkele bommen in het dorpscentrum. Daarbuiten onderging Edegem drie grote rampen: Het bombardement van Mortsel en Edegem op 4 april 1943 was veruit de zwaarste. Een jaar later, op 22 april 1944 stortte een Amerikaanse bommenwerper neer in de Oude-Godstraat. Tot slot onderging Edegem de miserie van de Vliegende bommen.
We brengen de gegevens in verschillende afleveringen naarmate we ze kunnen opzoeken in de archieven.
Het bombardement van 5 april 1943
Het doelwit van de Amerikaanse bommenwerpers was de Erlafabriek in Mortsel die voor de Duitse luchtmacht werkte. Ondanks het mooi weer met een klaar zicht troffen niet veel bommen het beoogde doel. Mortsel centrum kreeg de volle laag en Edegem deelde mee in de klappen. Om praktische reden geven we de namen en de adressen van de slachtoffers weer in de vorm van een tabel. De bronnen zijn drie lijsten met namen van slachtoffers in de archieven van de gemeente Edegem en de website: www.5april1943.be.


