top of page

Het Edegemse gehucht De Verbrande Hoeve, verzwolgen door de tijd

  • Foto van schrijver: Peter Crombecq
    Peter Crombecq
  • 15 nov
  • 12 minuten om te lezen

Bijgewerkt op: 17 nov

ree

Deze tekening, die werd opgemaakt in 1923 voor de aanleg van de riolering van de Elsdonk-wijk, bevat een aantal intrigerende elementen. We zien hier natuurlijk Fort 5 en de Elsdonk-wijk; nog niet doormidden gesneden door de Prins Boudewijnlaan. Maar er is ook schans 10 (redoute) die verdwenen lijkt te zijn, en enkele boerderijen, gesitueerd boven schans 10. Die boerderijen zijn eeuwenoud en waren een onderdeel van het Edegemse gehucht De Verbrande Hoeve.

 

Het gehucht De Verbrande Hoeve

 

Een paar eeuwen terug bestond Edegem uit het centrum rond de kerk en een aantal gehuchten, zeg maar een kluster van een paar boerderijen of een kasteel. Zo was er in het noorden van Edegem, aan de grens met Wilrijk (die gevormd werd door de Kleine Struisbeek), een gehucht genaamd De Verbrande Hoeve, een gehucht dat bestond uit zeven boerderijen. Het was eeuwenoud en professor Van Passen schreef hierover in de Geschiedenis van België onder meer het volgende:

Daar is allereerst De Verbrande Hoeve, die we in 1574 voor het eerst vermeld vinden als tweede naam van de aloude Nijverdonkhoeve op de grens van Wilrijk.[i] In 1574 heet de Hoeve te Nijverdonk ook voor de eerste maal Verbeerde Hoeve. Moet er daar aan brand ingevolge oorlogsgebeurtenissen gedacht worden?[ii] In een akte van 1586, wordt het Goed te Nijverdonk omschreven als een "hoeue daeraff de huysingen deur dese troublen gebrant zyn ... ".  Door die brand werd de hoeve verlaten en werden de uitgestrekte landerijen ervan niet meer gelabeurd. De eigenares, Juffrouw Maria Van Steenwegen, werd hierdoor bedreigd "in miserie te vergane"; in september 1586 zou ze het goed daarom verkopen aan de Spanjaard Ferdinand de Sampitores[iii]”.

Een van de zeven boerderijen, Hoeve Te Nijverdonk, blijkt dus onderhevig geweest te zijn aan een brand, waardoor die de oud-Vlaamse bijnaam de Verbeerde Hoeve kreeg, vandaag De Verbrande Hoeve. Bij uitbreiding kreeg het hele gehucht die naam.

 

Gehucht De Verbrande Hoeve in de 19de en de eerste helft van de 20ste eeuw

 

De Franse bezetter had in het begin van de 19de eeuw de gemeente Edegem in 4 secties onderverdeeld en alle huizen in elke sectie een nummer gegeven. Het gehucht ‘La Ferme Bruleé’ omvatte de huizen met nummer 12 tot 18, de zeven boerderijen. Er was één zandweg (Sentier 13) die de zeven boerderijen verbond met het gehucht ‘In de beeck’ waarlangs je via Hof Ter Linden naar Edegem dorp en, belangrijk, de Sint-Antoniuskerk kon. Het was de enige verbinding met het dorp.

Kadasterkaart 1806 van het noorden van Edegem (HAE)
Kadasterkaart 1806 van het noorden van Edegem (HAE)

Ook na de oprichting van België bleef de situatie ongewijzigd; de zeven boerderijen, zij ploegden voort.

 

Vanaf 1847 kreeg Zandweg 13 een meer officiële naam: de Verbaerdehoevestraat. ‘Verbaerde Hoeve’, zijnde een verbastering van ‘Verbeerde Hoeve’. Tien jaar later werd het de Verbrandehoevestraat. De huisnummers bleven dezelfde, van 12 tot 18.

 

Toen gebeurde er iets enorms. In 1860. De komst van Fort 5. De eerste van de zeven boerderijen, Hoeve Reephage, werd afgebroken voor de omwatering van het fort. De Verbrandehoevestraat werd onderbroken door het fort en liep enkel nog langs de boerderijen 12, 13, 14 en 15. Ze kreeg ook een andere naam, de Verbouwdehoevenstraat; van waar haalden ze dat! De huisnummers werden ook aangepast in 1(15), 3(14), 5(13) en 2(12). Het fort kreeg een toegang vanuit de Militaire Baan en de straat links rond het fort (zie tekening bovenaan) heette toen de Fort 5-straat (vandaag is daar bijvoorbeeld ook de Vestinglaan, de Parklaan en het Laatvliegerpad bij). De boerderijen 16 en 17 kregen in de Fort 5-straat het huisnummer 8 en 10 (later 10 en 12).

 

Toen gebeurde er opnieuw iets enorms in de jaren 1920-1930: de ontwikkeling van een totaal nieuwe wijk, Elsdonk,[iv],[v] midden in het gebied tussen het fort en de vier boerderijen van het gehucht De Verbrande Hoeve. De twee boerderijen in de toenmalige Fort 5 straat werden gewoon opgeslokt. Zij lagen in wat vandaag de driehoek De Burletlaan, Parklaan en Vestinglaan is. 

Het resultaat is een eivormig Elsdonk gelegen tussen het fort en het restant van het gehucht De Verbrande Hoeve.

 

En alsof het nog niet genoeg was, kwamen de grootgrondbezitters van die tijd op het lumineuze idee om op hun terreinen een private weg aan te leggen van Berchem naar Kontich. Zo konden ze hun uitgestrekte domeinen ontsluiten en verkavelen. Die private weg, later overgedragen aan de respectievelijke gemeentes, was de Prins Boudewijnlaan[vi]. Klein obstakel: de pas aangelegde wijk Elsdonk.

Dwars erdoor dan maar.

De Prins Boudewijnlaan werd aangelegd in de periode 1926-1933. (HAE)
De Prins Boudewijnlaan werd aangelegd in de periode 1926-1933. (HAE)

Huizen moesten worden afgebroken en er werden er zelfs verplaatst, later meer hierover. Onder de boerderijen zien we Schans 10 en die heeft ook een speciale geschiedenis.


De schansen (redoutes) in Edegem

 

GvA van 29 maart 1958
GvA van 29 maart 1958

Schans 10[vii] maakt deel uit van een reeks van 18 kleine schansen die van 1906 en 1912 werden gebouwd tussen de Brialmontforten. Schans 10 was ook verbonden met schans 11[viii] (juist voorbij de grens, in Wilrijk) via een breed pad dat op dat moment de Vestinglaan heette. Vandaag is dat de Ingenieur Haesaertslaan. Aan de andere kant van Fort 5 was er schans 9, nu ter hoogte van het rondpunt Adrien de Gerlachestraat en Omheiningslei. Tussen de twee wereldoorlogen woonden er ook families in die redoutes die als adres hadden: Redoute 9 en Redoute 10. Redoute 11 lag in Wilrijk. Na de oorlog werd schans 10 te koop aangeboden als ‘een villagrond met redoute’ zodat je een sterke oorlogsschuilplaats er bij koopt[ix]. Vele Edegemnaars, waaronder ook deze verhalenverteller, zullen zich die redoutes vooral nog het best herinneren als een ideaal speelterrein. Redoute 11 was gelegen ter hoogte van de Ingenieur Haesaertslaan 82. De basis van de schans werd uiteindelijk gebruikt als bodemplaat voor de villa die er bovenop werd gebouwd[x]. Redoute 10 is nog wel een beetje zichtbaar. Het keelfront (de voorkant) bleef bewaard, maar werd dus verkocht in aparte kavels en kreeg per eigenaar een andere invulling[xi]. Die voorkant ligt achter de huizen met nummers 18 tot 26.

 

Maar de vier boerderijen liggen nog altijd aan de Verbouwdehoevestraat 😉.

En zij ploegden voort.

 


De dynastieën in de hoeves

 

De vier boerderijen zijn, zoals gezegd, eeuwenoud en hebben een paar specifieke kenmerken.

De laatste vier hoeves van het gehucht De Verbrande Hoeve in 1777, 1841, 1870, 1926, 1947 en 2025. (HAE)
De laatste vier hoeves van het gehucht De Verbrande Hoeve in 1777, 1841, 1870, 1926, 1947 en 2025. (HAE)

Drie van de vier boerderijen grensden aan de Kleine Struisbeek, de noordelijke grens van Edegem. Rechts hebben we een merkwaardige dubbelhoeve met de huisnummers 1 en 3. Merkwaardig, omdat het twee boerderijgebouwen zijn die van noord naar zuid tegenover elkaar staan en die opgesplitst zijn in het midden van oost naar west. De gebouwen waren dus gemeenschappelijk, alsook de middenruimte. Op huisnummer 5 is de omwaterde Te Nijverdonkhoeve, die de brand van de 16de eeuw zou hebben ondergaan. Wat verder, aan de overkant van de Verbouwdehoevestraat op huisnummer 2, hebben we de vierde boerderij. De oudste zijn de drie die als een cluster bijeen staan. Zij staan reeds op de Ferrariskaart van 1777. Op de kadasterkaart van 1806 verschijnt ook nummer 2. De boerderijen bleven actief tot na WO II en de laatste bewoners zijn de volgende:

  • In huisnummer 2 woonde sinds 1929 de familie Nijs die de boerderij omvormde tot een fruitkwekerij.

  • In de Te Nijverdonkhoeve (huisnummer 5) woonde vanaf 1920 de familie Torfs.

  • De familie Dom is al veel langer actief in het noordelijke deel van de Dubbelhoeve (huisnummer 3). Zij trokken er in op 6 maart 1883[xii].

  • Maar de absolute kampioen is de familie Janssens. Zij pachtten de zuidelijke Dubbelhoeve (huisnummer 1) al van voor 1811[xiii] (tot dan zijn de bronnen eenduidig). Maar zij boerden er waarschijnlijk al vanaf 1773. Toen kwam Petrus Antonius met zijn echtgenote Elisabeth Wagemans van Deurne naar Edegem.

 

Veel meer informatie over de recente periode van deze hoeves en de fruitkwekerij kan je lezen in de Hoeveboeken van Pierre Hens en André Mens[xiv].

 

De familie Janssens

 

We zoomen even dieper in op de oerfamilie van het gehucht De Verbrande Hoeve.

ree

Petrus en Elisabeth kregen vier kinderen, een zoon en drie dochters, allen in Edegem geboren tussen 1774 en 1781. Petrus werd al snel opgenomen in de Edegemse gemeenschap; hij werd aangesteld als Kerkmeester. De Kerkmeester was verantwoordelijk voor het goed beheren van de bezittingen van de Sint-Antoniuskerk. Hij werd gekozen uit de gegoede stand (de grote pachters van hoeven of eigenaars van huis en hof), moest geletterd zijn (om de jaarlijkse rekeningen te kunnen opmaken) en van onbesproken gedrag. Petrus was dus niet zomaar iemand en had direct een grote impact op de Edegemse gemeenschap. Hij overleed in 1818 op 75-jarige leeftijd en zoon Petrus Andreas nam de boerderij over. Die trouwde met Maria Theresia Jacobs en ook hun afstammelingen bleven generaties lang de boerderij beheren.

Meer informatie over deze families in een verhaal van René Daems in het Historisch Archief: ‘185 jaar Janssens in de Verbouwde Hoeve of Dubbelhoeve Janssens-Dom’[xv].

De Dubbelhoeve Janssens-Doms met v.l.n.r.: Flor Janssens en haar ouders Frans en Adelia De Pooter. (Archief René Daems)
De Dubbelhoeve Janssens-Doms met v.l.n.r.: Flor Janssens en haar ouders Frans en Adelia De Pooter. (Archief René Daems)
De laatste landbouwersfamilie van de Janssens-dynastie met v.l.n.r.: Fons Florus (broer van Irma), dochter José Janssens, moeder Irma Florus, zoon Willy Janssens, vader John Janssens, dochters Henriette en Lisette en zoon Louis (ontbreken Cyriel, Leon en Marcel Janssens, die was overleden). (Archief René Daems)
De laatste landbouwersfamilie van de Janssens-dynastie met v.l.n.r.: Fons Florus (broer van Irma), dochter José Janssens, moeder Irma Florus, zoon Willy Janssens, vader John Janssens, dochters Henriette en Lisette en zoon Louis (ontbreken Cyriel, Leon en Marcel Janssens, die was overleden). (Archief René Daems)

Maar de verkavelingen sloegen in Edegem ongenadig toe. De laatste familie van de boerendynastie in de Dubbelhoeve was John Janssens, gehuwd met Irma Florus en hun kinderen. Zij oogstten het laatst in 1954-1955[xvi]. De boerderijen werden afgebroken in 1956[xvii]. De Janssens-dynastie was dus bijna twee eeuwen actief in het gehucht De Verbrande Hoeve, zo’n zes generaties lang.

 

Het verlengde van de Mariënlaan

 

Links van de boerderij had zich de nieuwe wijk Elsdonk ontwikkeld, met de Mariënlaan als grens. Althans, wat vandaag het noordelijke deel is. Het zuidelijke stuk (vandaag met huisnummers 1 tot 18) was nog een weide tot in 1928. Plots stonden er twee huizen, midden in de weide, over een van de particuliere of privéwegen van de boerderijen. Zonder officiële straatnaam, zonder huisnummer. Het werd de verlengde Mariënlaan genoemd.

Links het oorspronkelijk kadasterplan in 1870, rechts de wijziging van 1928, waardoor drie huizen gebouwd konden worden. (Geopunt & HAE)
Links het oorspronkelijk kadasterplan in 1870, rechts de wijziging van 1928, waardoor drie huizen gebouwd konden worden. (Geopunt & HAE)

Een familie Berghmans, broer en zus, had eerder een huis gebouwd op een plek waar de Prins Boudewijnlaan zou komen. En dat huis moest weg. Toen vroegen ze aan het Edegems college de toelating om “een thans nieuwgebouwd huis in de verlengde Mariënlaan aan den overkant te plaatsen” en die keurde dat op 15 februari 1928 goed en “een nieuw plan niet nodig is”.

Toelating voor verplaatsing van een nieuwgebouwd huis. (HAE CB. 1928-02-15. f_059r)
Toelating voor verplaatsing van een nieuwgebouwd huis. (HAE CB. 1928-02-15. f_059r)

 Op 1 juni van hetzelfde jaar trokken ze erin. Huis Berghmans is mogelijk het eerste verplaatste huis van Edegem, steen per steen waarschijnlijk 😉. Twee maanden later hadden de broer en zus Berghmans buren. Naast hen stond het huis van de familie Franciscus ‘Sooi’ D’hondt en zijn vrouw Henriette Siemons. Een straat werd aangelegd en sloot aan bij de noordelijke Mariënlaan. De huizen kregen een nummer: 12 voor D’hondt-Siemons en 14 voor Berghmans.

De eerste huizen in de Mariënlaan met links in nummer 12 de familie D’hondt (Sooi in het deurgat) en in nummer 14 broer en zus Berghmans ca 1930. De huizen staan er in 2025 nog altijd. (Archief Suzanne Verhaert & PetCro)
De eerste huizen in de Mariënlaan met links in nummer 12 de familie D’hondt (Sooi in het deurgat) en in nummer 14 broer en zus Berghmans ca 1930. De huizen staan er in 2025 nog altijd. (Archief Suzanne Verhaert & PetCro)

Boer Frans Janssens en Adelia De Pooter hadden hun voorzorgen genomen. Zij hadden die twee huizen naast de boerderij in de weide zien gebouwd worden en toen de straat er lag, bouwden ze een huis met als adres Mariënlaan 16. Naast de twee andere. Ze verhuisden op 1 februari 1932 met hun drie dochters, een maand na het huwelijk van hun zoon John met Irma Florus. Die bleven op de boerderij wonen. Nadien, in 1934, kwam op nummer 4 een huis met winkelpand dat op de hoek gelegen was van de Mariënlaan en de Vestinglaan (later Ingenieur Haesaertslaan).

 

De bewoners van de Mariënlaan tot WO II

 

Huis Berghmans op nummer 14 bleef zeker tot na WO II in de familie en werd na hun overlijden bewoond door verschillende neven en nichten.

In nummer 4 (nadien Ingenieurs Haesaertslaan 1) werd later de zaak De Leeuw gevestigd, een tapijtenzaak, met behang, vloerbedekking, verven. De laatste eigenaars en uitbaters waren twee broers. Een ervan, Maurits Lierman, is samen met zijn echtgenote Monique Fonteyne als vrijwilliger werkzaam op het Historisch Archief van Edegem.

Op nummer 12 woonden Sooi en Henriette D’hondt-Siemons met twee dochters (Melanie en Alfonsina) en de ouders van Sooi, Pieter Eduard en Joanna Struyf.

De zuidelijke Mariënlaan voelde zich wat afgesloten; de Mariënlaan was verder onbewoond en liep noordelijk dood op de De Burletlaan. Het was de enige verharde straat ten noordoosten van Edegem. De Prins Boudewijnlaan bleek ook een grote barrière. Sooi en Henriette D’hondt-Siemons zagen dat als een opportuniteit en openden een winkeltje met van alles en nog wat: schildergerei (Sooi was schilder), sigaren en sigaretten, hygiëneproducten, snoep en frisdrank. Dat was bijzonder, omdat het huis erg klein was en bewoond werd door een gezin met twee dochters (Melanie en Alfonsina) en de ouders van Sooi. Een buur herinnert zich dit als volgt[xviii]:

ree

“Het piepkleine winkeltje met rechts de schabben met verf en dergelijke en links de toog met snoep, sigaretten, frisdranken, zeep en wat van alles. Madame D’hondt, nooit haar voornaam geweten, een statige, robuuste, ietwat streng uitziende dame, die om zich tussen de twee togen te verplaatsen haar boezem moest optillen. Haar man, die wel een voornaam had, Sooike, een klein, mager mannetje, gepensioneerd schilder die zelden in de winkel kwam. Was hij wat ziekelijk door de verf? Madam D’hondt maakte indruk en beheerste de straat. Als Sooike in de winkel stond, dat was een ramp, die wist van niets.”

 

Foto links: François Goris, zoon Paul Goris, Alfonsina, Sooi D’hondt en Henriette Siemons; foto rechts het echtpaar François Goris en Alfonsina D’hondt aan de Mariënlaan met achter zich de Prins Boudewijnlaan en de Heilige-Familiekerk. (Archief Suzanne Verhaert)
Foto links: François Goris, zoon Paul Goris, Alfonsina, Sooi D’hondt en Henriette Siemons; foto rechts het echtpaar François Goris en Alfonsina D’hondt aan de Mariënlaan met achter zich de Prins Boudewijnlaan en de Heilige-Familiekerk. (Archief Suzanne Verhaert)

Melanie werd onderwijzeres, maar overleed jong; ze was amper 20. Alfonsina, kleermaakster, trouwde met timmerman François Goris, kregen twee zonen, Paul en Frank, en zij bleven wonen op nummer 12. Sooi zou ook de grond kopen die achteraan aansluit op zijn tuin, zodat hij een oprit had voor zijn wagen. Die hij parkeerde in een tuinhuis. De grond lag aan de Vestinglaan (vandaag Ingenieur Haesaertslaan 5). Die is intussen bebouwd en wordt vandaag nog altijd bewoond door nakomelingen van Sooi[xix].


Op nummer 16 woonde dus de boerenfamilie Frans Janssens en Adelia De Pooter, met hun drie dochters Flor, Jet en Hilda. Jet en Hilda begonnen er een naaiatelier, terwijl Flor ging helpen op de boerderij. Na WO II trouwde Hilda met Jaak Daems. Zij bleven wonen op nummer 16, waar ook in 1951 hun zoon René werd geboren. Frans en Adelia overleden beide thuis in 1960. Zij waren respectievelijk 94 en 85 jaar oud[xx]. Zij hebben de afbraak van de laatste vier bakens van het gehucht Verbrande Hoeve moeten meemaken. Twaalf jaar na het overlijden van Jaak hertrouwde Hilda met de buurman van nummer 6, Jos Nuyts, en ze verhuisden daarheen. René woont daar nog steeds met zijn gezin.

(HAE 1947-1954. Orthofoto mozaïek. Detail)
(HAE 1947-1954. Orthofoto mozaïek. Detail)

Een luchtfoto van waar het gehucht De Verbrande Hoeve gesitueerd was. De foto is genomen kort na WO II en daarop staan opnieuw opvallende kenmerken zoals de redoutes 11 (1) en 10 (2), De Verbrande Hoeve Te Nijverdonk van Torfs en de Dubbelhoeve van Dom en Janssens (3), Heilige-Familiekerk (4), de huisjes aan de Mariënlaan 4, 12, 14 en 16 (5), de Mariënlaan die doodloopt op de De Burletlaan (6), en het tuinbouwbedrijf van Nijs (7). En je ziet nog altijd het parcours van de eeuwenoude Zandweg 13 (oranje lijnen) en het kronkelende, nog niet ingetunnelde deel van de Kleine Struisbeek.

Zandweg 13, komende van de Mariënlaan naar de Dubbelhoeve met de bocht naar links richting de hoeves van Torfs en Nijs. (HAE - Archief Emiel Kussé)
Zandweg 13, komende van de Mariënlaan naar de Dubbelhoeve met de bocht naar links richting de hoeves van Torfs en Nijs. (HAE - Archief Emiel Kussé)

Hoe snel het allemaal kan gaan, tonen deze twee foto’s, genomen vanuit de Mariënlaan 3 richting de Dubbelhoeve; links in 1953, rechts in 1957.

Links de Dubbelhoeve van Janssens-Dom en rechts Veerle en Bart Velders in hun voortuin aan de Mariënlaan 3, met aan de overkant van de Mariënlaan nr. 22. (Collectie Veerle Velders)
Links de Dubbelhoeve van Janssens-Dom en rechts Veerle en Bart Velders in hun voortuin aan de Mariënlaan 3, met aan de overkant van de Mariënlaan nr. 22. (Collectie Veerle Velders)

 

De erfenis van het gehucht Verbrande Hoeve

 

Niet veel natuurlijk. Het gehucht De Verbrande Hoeve is verzwolgen door Fort 5, den Elsdonk en de verkaveling van het Molenveld. Ook de Kleine Struisbeek, de officiële grens tussen Edegem en Wilrijk die achter de hoeves liep, is weggemoffeld onder het beton. Een van die hoeves, de enige met omwatering, heeft een naam die vandaag nog bekend overkomt, omdat ze een straatnaam kreeg: Te Nijverdoncklaan.

De Kleine Struisbeek achter de hoeves van het gehucht De Verbrande Hoeve, vandaag ingetunneld onder de huizen tussen de Jachtlaan en de Ferdinand Verbiestlaan. (HAE - Archief Emiel Kussé)
De Kleine Struisbeek achter de hoeves van het gehucht De Verbrande Hoeve, vandaag ingetunneld onder de huizen tussen de Jachtlaan en de Ferdinand Verbiestlaan. (HAE - Archief Emiel Kussé)

De familie Janssens kent vele afstammelingen, maar er zullen er niet veel zijn die nog altijd binnen de grenzen van het gehucht Verbrande Hoeve wonen, de bakermat van de familie. René Daems wel. Hij behoort tot deze historische familie uit De Verbrande Hoeve; hij is daar geboren, woont er momenteel nog altijd en heeft er zijn hele leven doorgebracht.


Peter Crombecq, december 2025

Met dank aan René Daems, Suzanne Verhaert, Pierre Hens, Erik Laforce, Maurits Lierman, Monique Fonteyne en alle medewerkers van het Historisch Archief.

 

Dit verhaal is een bijdrage aan “Edegem’s verleden, bewaard voor de toekomst” van het Historisch Archief Edegem. Het Historisch Archief is toegewijd aan het behoud van het papieren en digitale geheugen van Edegem. Door het verzamelen, inventariseren en digitaliseren van documenten, boeken, foto’s, tijdschriften, plannen en meer, zorgt het Historisch Archief ervoor dat de geschiedenis van Edegem bewaard blijft voor toekomstige generaties.

 

Disclaimer

Het verhaal is gereconstrueerd op basis van een aantal bronnen. Ik ben me ervan bewust dat nieuwe informatie uit andere bronnen het verhaal kan aanvullen, nuanceren of aanleiding kan geven tot aangepaste inzichten.

 

Referenties


[i] Prof. dr. R. Van Passen, “Geschiedenis van Edegem”, (Edegem: Gemeentebestuur van Edegem, 1974), p. 262

[ii] Prof. dr. R. Van Passen, “Geschiedenis van Edegem”, o.c., p. 240

[iii] Prof. dr. R. Van Passen, “Geschiedenis van Edegem”, o.c., p. 262

[iv] Prof. dr. R. Van Passen, “Geschiedenis van Edegem”, o.c., p. 729-734

[v] André Van Elshocht, “Geschiedenis van de Prins Boudewijnlaan delen 1 & 2”, in De Zonneblusser, 2008-3&4

[vi] Peter Crombecq, “De avonturen van de Prins Boudewijnlaan: viaduct, tunnel of penetratieweg?”, te raadplegen via https://www.historischarchiefedegem.be/post/de-avonturen-van-de-prins-boudewijnlaan-viaduct-tunnel-of-penetratieweg

[vii] Erfgoed Vlaanderen, Schans X, te raadplegen via https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/216069

[viii] Erfgoed Vlaanderen, Schans XI, te raadplegen via https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/306170

[ix] HAE, GvA van 29 maart 1958, p. 23

[x] Erfgoed Vlaanderen, Schans XI, te raadplegen via https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/306170

[xi] Erfgoed Vlaanderen, Schans X, te raadplegen via https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/216069

[xii] HAE. Kadaster en bevolkingsregister.

[xiii] HAE. Kadaster en bevolkingsregister.

[xiv] Pierre Hens & André Mens, “Edegem, dat boerendorp van toen … deel 1”, (Edegem: Davidsfonds, 2013), p. 327

[xv] René Daems, “185 jaar Janssens in de Verbouwde Hoeve of Dubbelhoeve Janssens-Dom”, te raadplegen via https://www.historischarchiefedegem.be/post/185-jaar-janssens-in-de-verbouwde-hoeve-of-dubbelhoeve-janssens-dom

[xvi] Pierre Hens & André Mens, “Edegem, dat boerendorp van toen … deel 1”, (Edegem: Davidsfonds, 2013), p. 327

[xvii] Interviews met René Daems in september & oktober 2025

[xviii] Interviews met René Daems in september & oktober 2025

[xix] Interviews met Suzanne Verhaert in september & oktober 2025

[xx] Interviews met René Daems in september & oktober 2025

 
 

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page